Guimpe haken is een techniek waarbij je met een haaknaald op een guimpenaald, ook wel universele netvork, haakt. Met de guimpenaald kun je stroken met evenwijdige lussen maken. Deze stroken kunnen aan elkaar worden gehaakt of als tussenzetsel in een haakwerk worden gebruikt. Haakwerk op een guimpe naald is open en geeft een licht en luchtig haakwerk.
Guimpenaald
De guimpe naald bestaat uit 2 pinnen en 2 dwarsbalkjes met gaten. De pinnen worden afhankelijk van de gewenste breedte in één van de gaten gezet, waardoor 8 verschillende breedtes haakwerk kunnen worden gemaakt: 20, 30, 40, 50, 60, 70 en 80 cm.
Werkwijze
- Stel de gewenste breedte in voor het werkstuk door de pinnen van de guimpevork in de juiste gaten te steken (de maten staan op de naald vermeld).
- Zoals bij gewoon haakwerk een lus aan het begin van de draad maken. Het onderste plaatje van de guimpenaald verwijderen en het juiste pootje door de lus steken. Het pootje terugplaatsen.
- De draad achter de naald houden en om het linkerpootje wikkelen door de guimpenaald van rechts naar links naar je toe te draaien.
- Steek de haaknaald door de lus die zich aan de linkerkant bevindt. Insteken en de draad door de lus halen.
- De haaknaald met de haak naar onderen wijzend omhoog brengen en door de guimpenaald leiden. De guimpenaald van rechts naar links naar je toe draaien, terwijl de draad zich om het pootje draait. Een vaste steek in de linker lus haken van de voorliggende draad. Herhalen tot de gewenste lengte van het guimpehaakwerk is bereikt.
filmpje:
Tip
Als door het gewenste aantal lussen de guimpenaald vol raakt, de lussen voorzichtig van de pootjes halen en op een stekenhouder zetten, zodat ze niet in de knoop raken. Bevestig de stekenhouder met een elastiek op het onderste pootje.